De paradox van het exotisme – Nelson Addo

De paradox van het exotisme.

De seksualisering van de zwarte vrouw en antiracisme in De buitenvrouw.

In mijn paper probeer ik de aanwezigheid van exotisme en seksualisering van de zwarte vrouw, in de Nederlandse cultuur in het algemeen en de moderne literatuur in het bijzonder, inzichtelijk te maken aan de hand van een literaire analyse van de roman De buitenvrouw van Joost Zwagerman.

Hiervoor heb ik onderzoek gedaan naar de betekenis van deze term en de historische en hedendaagse context van dit fenomeen. Allereerst ben ik op etymologisch niveau gaan kijken naar de herkomst van het woord exotisme, via de term exotisch. Daarna heb ik geprobeerd de filosofische en literaire betekenis van het concept exotisme te achterhalen. Belangrijk hierbij is dat de term zijn oorsprong vindt in de koloniale periode en in dezelfde tijd ontwikkelt tot esthetisch en literair middel. 

Het bekendste voorbeeld van de seksualisering van de zwarte vrouw uit de geschiedenis is de kwestie van Saartjie Baartman. Deze tot slaafgemaakte vrouw werd vanaf 1810 in Europa tentoongesteld als medische rariteit vanwege haar vetophoping op het achterwerk, vergrote clitoris en sterk ontwikkelde schaamlippen. Haar exceptionele gestalte werd gepresenteerd als doorsnee uiterlijk van een ‘Hottentotvrouw’ en daarmee het zoveelste biologische bewijs dat Afrikanen ‘anders’ waren. Deze objectivering, seksualisering en exotisering van het zwarte vrouwelijke lichaam is eerder ook terug te vinden in zeventiende-eeuwse reisliteratuur. 

In de hedendaagse situatie is er een soortgelijk patroon van geseksualiseerde raciale stereotypering waarneembaar. Met name de westerse popcultuur (Hollywoodfilms, videoclips, pornografie etc.) en de patriarchaal kapitalistische reclamebranche achter de verkoop van koloniale waar in de twintigste eeuw dragen hieraan bij. 

De kennis die ik hierboven heb opgedaan heb ik vervolgens toegepast op mijn analyse van De buitenvrouw. In mijn paper betoog ik dat het begrip exotisme paradoxaal en derhalve problematisch is. Het concept is namelijk per definitie discriminerend, want het stamt uit een racistisch koloniaal verleden, maar kan tegelijkertijd voorkomen binnen een antiracistische setting of vanuit een antiracistische intentie.

Deze paradox komt in combinatie met een seksualisering van het zwarte lichaam duidelijk terug in de literaire tekst: enerzijds voelt de witte hoofdpersoon Theo door de affaire met zijn zwarte vrouwelijke collega Iris zich steeds meer genoodzaakt om racisme aan te kaarten in zijn omgeving. Anderzijds maakt hij onderscheid op basis van huidskleur tussen zichzelf en Iris én zijn vrouw en Iris. Dit komt tot uiting in de vorm van een extreme overwaardering, die verwordt tot een seksualisering, van haar anders-zijn, waar hij zich bovendien bewust van is. Ondanks de reflectie op zijn (positieve) discriminatie, blijft Theo dit onderscheid maken waarmee hij de fundamentele universaliteit van de mens ontkent. 

Deze paradoxale geseksualiseerde vorm van exotisme in de tekst kan naar mijn mening worden beschouwd als representatie van de tegenstrijdige problematiek omtrent exotisme en seksualisering van de zwarte vrouw in de gehele westerse (pop)cultuur.

Nelson Addo

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *